Mismatches
Naar het bestaan van mismatches is binnen en buiten Nederland het nodige onderzoek gedaan. Los van het gegeven dat mismatches op individueel niveau
kunnen verschillen naar leeftijd, onderwijsniveau en sekse, valt in ons land een aantal algemene zaken op. In een SCP-studie geeft in totaal 21% van de
werkgevers aan problemen te ervaren met betrekking tot het aantrekken van nieuw personeel in 2014 (dit was 30% in 2012). En 31% van de werkgevers geeft aan
dat de kwalificaties van het personeel ontoereikend zijn, tegen 30% in 2012 (Van Echtelt et al. 2015). Deze resultaten laten zien dat het aantrekken van
nieuw personeel en de kwalificaties van het bestaande personeel inderdaad aandachtspunten zijn van veel werkgevers, zonder dat hierbij aanwijzingen zijn
voor een eenduidige ontwikkeling in de tijd. Tot een vergelijkbare conclusie komen Erken et al. (2015). Ook zij stellen vast dat de mismatches in Nederland
niet aantoonbaar zijn toegenomen in de periode 2011-2014. Bovendien draagt een onvoldoende aansluiting tussen vraag en aanbod volgens Erken et al. op
sectorniveau ‘slechts’ voor 13% bij aan het aantal werklozen in 2014. Dit is laag, ook in vergelijking met andere landen.
Deze verschillende bevindingen schetsen een beeld dat de omvang van mismatches op de Nederlandse arbeidsmarkt over het algemeen lijkt mee te vallen. In
historisch perspectief zijn er in ieder geval geen sterke aanwijzingen voor een trendmatige ontwikkeling dat het groter wordt.
Voorbij een verzamelbegrip
Hoewel de resultaten van eerder onderzoek niet echt wijzen op een ‘war for talent’ kunnen verschillende typen mismatches hier mogelijk wel op
wijzen. Tot dusver is het fenomeen mismatches namelijk gehanteerd als een verzamelbegrip, dat alle imperfecties tussen vraag en aanbod op de arbeidsmarkt
omvat. Er zijn echter verschillende soorten mismatches te onderscheiden (zie bijvoorbeeld ILO 2014).
Zo is er een verticale mismatch denkbaar, waarbij het onderwijsniveau niet goed aansluit bij het vereiste niveau voor de baan. Hierbij kan het zowel gaan
om onder- als overscholing. Bij een horizontale mismatch gaat het juist om onvoldoende aansluiting van de onderwijsrichting voor de baan. Verder kunnen
mismatches ontstaan door kennisveroudering: de kwalificaties van werknemers sluiten op een specifiek moment in de tijd niet langer voldoende aan bij het
werk. En ten slotte is er een geografische variant van mismatch: er bestaan specifieke regionale knelpunten met betrekking tot de aansluiting tussen vraag
en aanbod. Mismatches kunnen derhalve ontstaan wanneer het onderwijs onvoldoende aansluit bij de eisen van werkgevers (verticaal en horizontaal), deze zijn
al dan niet sterk geografisch bepaald (geografische mismatch), en worden door factoren zoals voortschrijdende technologische ontwikkeling beïnvloed
(kennisveroudering). Hoewel er her en der al aanzetten zijn om deze typen mismatches beter in beeld te krijgen, tasten we hier in Nederland nog behoorlijk
naar in het duister.
Mismatches op de arbeidsmarkt in het heden
Op basis van een werkgeversenquête is van 511 werkgevers in Nederland informatie verkregen over het bestaan van verschillende typen mismatches op de
werkplek. Deze data zijn begin dit jaar verzameld, in samenwerking met het bureau TNS Nipo. Mismatches zijn gemeten aan de hand van vier indicatoren op een
elfpuntschaal van 0 = zeer goede match tot en met 10= zeer slechte match: verticaal (‘in welke mate sluit het onderwijsniveau van de werknemers aan bij het
werk dat ze doen’), horizontaal (‘in welke mate sluit de opleidingsrichting van de werknemers aan bij het werk dat ze doen’), geografisch (‘in welke mate
ervaart u een probleem als het gaat om het aantrekken van nieuw personeel in de regio van uw vestiging’) en kennisveroudering (‘in welke mate ervaart u een
probleem als het gaat om kennisveroudering van werknemers’). Op basis van deze vier vragen is vervolgens een schaalvariabele geconstrueerd die een
betrouwbare samenvatting van deze vragen is. Daarnaast is gekeken naar de omvang van de vier afzonderlijke typen mismatches op de arbeidsmarkt.
De resultaten geven aan dat de gemiddeld ervaren mismatch betrekkelijk laag is in ons land. Hiermee lijken onevenwichtigheden op de Nederlandse arbeidsmarkt op macroniveau helemaal geen groot probleem te zijn.
In de dataset zijn tevens vragen gesteld over de verwachtingen van werkgevers ten aanzien van het bestaan van mismatches in de komende vijf jaar (1= het
probleem neemt af, 2=het probleem blijft hetzelfde, 3=het probleem neemt toe). In eerdere studies blijven al deze facetten van mismatches vaak
onderbelicht.
Ook wij starten onze analyse met een algemene indruk van mismatches. De resultaten geven aan dat de gemiddeld ervaren mismatch betrekkelijk laag is in ons
land (3,2). Hiermee lijken onevenwichtigheden op de Nederlandse arbeidsmarkt op macro-niveau helemaal geen groot probleem te zijn. Vervolgens richten we
ons op de onderliggende vormen van mismatches. Maar ook de afzonderlijke typen mismatches scoren betrekkelijk laag (zie figuur 1). Van een duidelijk
aansluitingsprobleem op de arbeidsmarkt is (tot dusver) dus geen sprake.
Figuur 1: Ervaren mismatches in 2016 volgens werkgevers
Bron: Werkgeversenquête Erasmus Universiteit/ TNS Nipo (2016). 0=zeer goede match; 10= zeer slechte match).
Verwachte mismatches
Vervolgens is onderzocht waar mismatches zich naar verwachting in de komende vijf jaar voordoen. De gevonden percentages vertonen overeenkomsten met de
eerdere bevindingen van het SCP (Van Echtelt et al. 2015). Volgens 28% van de bevraagde werkgevers zijn er in de nabije toekomst verticale
aansluitingsproblemen te verwachten, 26% is huiverig voor problemen in de regio, 24% voorziet problemen met betrekking tot kennisveroudering en 18% ervaart
horizontale mismatches in de komende vijf jaar. Wat specifiek opvalt is de industriële bedrijfsomgeving. In de industrie en bouwnijverheid worden relatief
grotere verticale mismatches ervaren in de komende vijf jaar dan in andere branches (40% van de werkgevers rapporteert toenemende problemen). Ook als het
gaat om de toekomstige mismatches naar onderwijsrichting (horizontale mismatches) is een vergelijkbaar beeld zichtbaar (industrie en bouwnijverheid: 27%).
Geografische aansluitingsproblemen doen zich hier eveneens bovengemiddeld vaak voor (44%). Daarnaast zijn het de groothandel (31%) en zakelijke
dienstverlening (26%) waarbij de problemen in het geval van kennisveroudering hoger worden ingeschat. Als we een beter zicht willen op het bestaan van
mismatches op de arbeidsmarkt, is dus niet alleen aandacht nodig voor de verschillende typen mismatches, maar ook voor grote sectorale diversiteit.
Passende aandacht voor de maakindustrie
Een goede match tussen vraag en aanbod is een indicator voor een goed functioneren van de arbeidsmarkt. Wat onze cijfers laten zien is dat het met de
mismatches op onze arbeidsmarkt over het algemeen lijkt mee te vallen volgens werkgevers. De overgrote meerderheid van de werkgevers ervaart geen
aansluitingsproblemen, en eerder onderzoek laat geen trendmatige ontwikkeling zien. Tegelijkertijd hebben we gezien dat zich vooral in traditionele
bedrijfssectoren, zoals de industrie en bouwnijverheid, de grootste problemen voordoen. Concrete voorbeelden zijn het gebrek aan ingenieurs in de
auto-industrie, elektrotechnici in de bouw, maar denk ook aan de behoefte aan metselaars en tegelzetters als gevolg van de vergrijzing. Dit is een
opvallende bevinding aangezien in branches zoals de industrie en bouw gemiddeld genomen vooral sprake is geweest van werkgelegenheidskrimp vanaf de jaren
negentig (Bijlsma et al. 2015). Toch meent ook de SER (2013) dat vooral het handmatig en geschoold maakwerk in toenemende mate met tekorten te maken
krijgt. Daarbij zijn vergrijzing (vervangingsvraag), een langzaam weer aantrekkende economie en een toegenomen complexiteit van het werk (technologische
verandering) belangrijke ontwikkelingen.
Alles bijeen genomen lijkt de omvang van mismatches op onze arbeidsmarkt zeker niet problematisch. Dit is een optimistische conclusie. Natuurlijk zijn er
voortdurend fricties op de arbeidsmarkt, maar blijkbaar passen werkgevers en werknemers zich ook weer net zo snel aan de veranderende omstandigheden aan.
De arbeidsmarkt is hiermee verre van statisch en mede hierom zijn voorspellingen van grote personeelskrapte, zoals die van de Commissie-Bakker (2008), ook
nooit goed uitgekomen. Dat het fenomeen mismatches en de ‘war for talent’ voortdurend opduiken in het maatschappelijk debat heeft
hoogstwaarschijnlijk te maken met een uitvergroting van deze aanwezige fricties. Voor zover er al problemen zijn, liggen die overigens vooral in de
zogenaamde ambachtelijke beroepsvelden, in de nabije toekomst. Hier hoort onze aandacht dan ook naar uit te gaan.
Referenties:
Bijlsma, I., Dijksman, S., Fouarge, D. & Kuhn-Nelen, A. (2015). Winnaars en verliezers op de arbeidsmarkt 1990-2012, Tijdschrift voor Arbeidsvraagstukken, 31(2): 106-123.
Echtelt, P. van, Schellingerhout, R. & De Voogd-Hamelink, M. (2015). Vraag naar arbeid 2015.
Den Haag: SCP.
Erken, H., Van Loon, E. & Verbeek, W. (2015). Mismatch op de Nederlandse arbeidsmarkt, ESB, 100(4704): 102-104.
ILO (2014). Skills mismatch in Europe. Geneva: ILO.
SER (2013). Handmade in Holland. Den Haag: SER.
Te citeren als
Fabian Dekker, Ferry Koster, “Mismatches op de arbeidsmarkt: tussen hype en realiteit”,
Me Judice,
5 december 2016.
Copyright
De titel en eerste zinnen van dit artikel mogen zonder toestemming worden overgenomen met de bronvermelding Me Judice en, indien online, een link naar het artikel. Volledige overname is slechts beperkt toegestaan. Voor meer informatie, zie onze copyright richtlijnen.
Afbeelding
Afbeelding ‘Balance’ van andy.brandon50 (CC BY-SA 2.0)