Falende onzichtbare hand
De wereldwijde financiële crisis van de afgelopen zeven jaar heeft het dominante paradigma in de economische leer, dat van de Homo Economicus, flink op
zijn grondvesten doen schudden. De traditionele opvatting is dat individuen en bedrijven geïnformeerde, rationele beslissingen maken over risico’s, kosten
en baten om hun winst te maximaliseren. De crisis heeft voor een zoektocht gezorgd naar beter voorspellende wetenschappelijke modellen om te verklaren hoe
mensen zich gedragen in het dagelijks leven, en hoe bedrijven en financiële markten opereren en hoe ze zouden moeten opereren.
Het wordt hoog tijd dat business schools en economische faculteiten de wetenschappelijke inzichten uit de evolutionaire psychologie serieus gaan nemen
in hun opleidingen.
Leer van de onzichtbare hand van Darwin
Bankiers, hedgefonds managers, en beleidsmakers zijn mensen, dus het idee dat de menselijke natuur mogelijk van invloed is op hun beslissingen lijkt
evident. Samen met een brede gemeenschap van evolutionaire psychologen, biologen, economen en antropologen bepleit ik voor een nieuwe benadering van de
economie die in overeenstemming is met de evolutionaire psychologie, uiteindelijk gebaseerd op de evolutieleer van Darwin.
Het argument is als volgt. Concurrentie tussen bedrijven wordt vaak gezien als een Darwiniaanse strijd waarbij de sterkere, meest agressieve, en
concurrerende bedrijven overleven ten koste van de zwakkere broeders. Dit idee vind je terug onder meer in het werk van economen als Joseph Schumpeter en
Milton Friedman. Leiders van organisaties dragen hun steentje bij aan deze valse voorstelling van zaken. Toen de Android telefoon opkwam en de marktpositie
van de iPhone bedreigde, verklaarde Steve Jobs een “nucleaire oorlog” aan zijn concurrenten en wilde hen vernietigen.
De evolutionaire psychologie gaat niet uit van het idee dat de menselijke evolutie alleen maar is gebaseerd op strijd en concurrentie, dat is veel te
simpel. De menselijke natuur zit ingewikkelder in elkaar.
Betere kijk op concurrentie
Uiteraard kunnen de Darwiniaanse basisprincipes over variatie, selectie en retentie gebruikt worden om te begrijpen hoe de markt werkt. Hoewel het niet een
puur Darwiniaans proces is – want er zijn verzachtende factoren zoals overheidsreguleringen – zijn de voorspellingen uit de evolutieleer aanlokkelijk voor
veel economen. Dat komt doordat de evolutionaire psychologie op het eerste gezicht de drie pilaren van neoklassieke economie ondersteunt: (1) dat
economische actoren zelfzuchtig zijn; (2) dat eigenbelang kan samenvallen met het publieke belang (de beroemde “onzichtbare hand” bedacht door de vader van
de moderne economie, Adam Smith); en (3) dat deze gezamenlijk resulteren in efficiënte markten.
Echter, het toepassen van Darwins gedachtengoed leidt tot een paradox.
Bedrijven zijn per definitie groepen van individuen en daarom gaat het bij concurrentie tussen bedrijven om selectie tussen groepen, niet tussen
individuen.
Dat heeft een aantal opvallende implicaties die we beter kunnen begrijpen door toepassing van een bekend evolutionair principe dat multilevel selection theory (MLS) heet.
MLS gaat ervan uit dat de evolutie - biologische en/of culturele evolutie - op meerdere niveaus tegelijkertijd kan opereren en geeft daardoor een
realistischer beeld hoe bedrijven en hun werknemers zich gedragen in een markt die zich laat karakteriseren als volledige concurrentie.
De kern van MLS is dat, hoewel mensen inderdaad meestal handelen uit eigenbelang, ze ook geëvolueerd zijn om –alsof ze geleid worden door een onzichtbare
hand – hun eigenbelang te laten aansluiten bij het belang van het bedrijf of de organisatie waarvoor ze werken. Maar: het is hand van Darwin, niet Smith,
die hun leidt.
MLS wordt gezien als een fundamentele theorie in de evolutionaire biologie (hoewel er uit die hoek ook kritiek is; zie Steven Pinker). Om de “grote
transities” in de evolutionaire geschiedenis van het leven te begrijpen – bijvoorbeeld, de formatie van meercellige organismen uit eencelligen - maken
biologen gebruik van MLS. Door MLS kunnen we tegelijk kijken naar actoren op verschillende niveaus, het bedrijf en de individuen in het bedrijf. Deze twee
niveaus zijn in een permanente strijd verwikkeld met elkaar. De uitkomst ervan kan worden voorspeld door de evolutionaire psychologie.
Voorspellingen selectietheorie
MLS voorspelt welke organisatiestructuren ontstaan in verschillende omgevingen. Wanneer concurrentie tussen bedrijven sterk is – en er dus selectie is op
groepsniveau - kunnen we verwachten dat de belangen van de organisatie en zijn werknemers meer met elkaar in de pas gaan lopen. Dit resulteert in bedrijven
met een coöperatieve cultuur, efficiënte bedrijfsvoering, kleine machtsverschillen, leiderschap op basis van gezag in plaats van macht, en toegewijde
werknemers en lage niveaus van arbeidsverzuim en verloop.
Maar wanneer de concurrentie tussen bedrijven zwak is – er is dus selectie op individueel niveau - verwachten we een daling in coöperatieve
organisatiecultuur, een groei in bureaucratie om medewerkers in de gaten te houden, met grote machtsverschillen tussen leiders en volgers, zonder
toegewijde werknemers en hogere percentages arbeidsverzuim en vrijwillig verloop.
Dus wanneer groepsselectie zwak is, zien we dat conflicten tussen individuen in een organisatie prominenter worden.
In de meest extreme gevallen zullen we een stijging zien van onethische praktijken binnen bedrijven zoals machtsmisbruik, fraude, diefstal, en zelfs pesten
en agressie op de werkvloer.
We kunnen ook voorspellingen doen over het gedrag van werknemers. MLS en de evolutionaire psychologie bieden inzicht wanneer werknemers vooral gericht zijn
op eigenbelang of op het groepsbelang. Deze inzichten kunnen ertoe leiden dat bedrijven, managers en de maatschappij bedrijfsculturen creëren die uiting
geven aan de meest productieve en coöperatieve instincten van de mens. De menselijke natuur is bijvoorbeeld gericht op samenwerking in kleine, autonome,
relatief egalitaire teams op basis van wederzijds vertrouwen en informeel leiderschap. Dat staat vaak haaks op de moderne bedrijfscultuur die grootschalig
is en hiërarchisch is georganiseerd, wat het team werken kan ondermijnen. Volgens deze redenering is de opkomst van de “boss-less” organisaties dus meer
dan zomaar een modeverschijnsel.
Het draait niet alleen om winst
Anders dan het klassieke economische model dat aanneemt dat individuen erop gericht zijn hun eigen winst te maximaliseren – vaak ten koste van anderen –
voorspelt MLS dat werknemers zich ook bezig houden met niet-economische waarden zoals status, autonomie, competentie en rechtvaardigheid. Dit wordt
ondersteund door inzichten uit de psychologie. Werknemers werken bijvoorbeeld harder wanneer zij merken dat ze eerlijk behandeld worden en dezelfde
beloningen krijgen als anderen voor dezelfde moeite die ze doen. Als medewerkers merken dat collega’s ongestraft kunnen meeliften op de inspanningen van
anderen, dan gaan ze minder hun best doen. Medewerkers zijn meer gemotiveerd als hun goede burgerschap hun status vergroot. Een goede reputatie blijkt even
belonend te zijn als een goed salaris, volgens neurowetenschappelijk onderzoek.
Leiderschap
MLS doet ook voorspellingen over de leiderschapsstijl van managers. Wanneer concurrentie tussen bedrijven sterker is dan de concurrentie tussen werknemers
zullen leiders een meer egalitaire, democratische, en minder dominante leiderschapsstijl (kunnen) hanteren. Simpel gezegd, leiderschap vindt plaats op
basis van gezag in plaats van macht. Leiders zorgen er in dat geval voor dat werknemers zich achter een gedeeld doel verenigen.
We denken misschien graag dat we rationeel zijn maar in werkelijkheid laten we ons sturen door diepere evolutionaire behoeften aan status, sex, veiligheid, en conformiteit.
Dit zijn slechts enkele nieuwe inzichten over het gedrag van bedrijven die voortvloeien uit een evolutionair (Darwiniaans) psychologisch perspectief. De
evolutionaire psychologie kan een belangrijke bijdrage leveren aan de gedragseconomie – een speurtocht naar economische beslissingen vanuit inzicht in de
menselijke natuur. Het feit dat mensen gaan werken is vaak uit eigenbelang, zoals Adam Smith erkende. Maar de belangen van individuele werknemers vallen
soms ook samen met die van het bedrijf. De onzichtbare hand die mensen ertoe aanzet om zich te organiseren is uiteindelijk die van Darwin.
Conclusie
De eerste stap om van economie een realistische wetenschap te maken is de erkenning dat mensen imperfecte wezens zijn, de producten van blinde evolutie, die
door instincten worden gedreven. We denken misschien graag dat we rationeel zijn maar in werkelijkheid laten we ons sturen door diepere evolutionaire
behoeften aan status, sex, veiligheid, en conformiteit. De belangrijke onderliggende oorzaken van de financiële crisis die onze economieën en portemonnees
de afgelopen jaren hebben geruïneerd liggen in de mismatch tussen onze instincten en de complexe wereld die we hebben gecreëerd, maar niet kunnen bevatten
met onze ‘Stenen Tijdperk’-breinen. Zoals John Maynard Keynes reeds observeerde: “ There is nothing so disastrous as a rational investment policy in an irrational world.”
*Een uitgebreide versie van dit artikel verscheen eerder in de Engelse New Scientist.
Referenties:
Giphart, R., & Van Vugt, M. (2016). Mismatch: Hoe we dagelijks worden misleid door ons oeroude brein. Podium.
Johnson, D. D. P., Price, M. E., & Van Vugt, M. (2013). Darwin’s invisible hand: Market competition, evolution and the firm. Journal of Economic Behavior and Organization, 90, 128-140.
(Dit artikel maakt deel uit van een speciale editie van JEBO gewijd aan “Evolution as a General Theoretical Framework for Economics and Public Policy”
edited by D. S. Wilson, J. M. Gowdy and J.Barkley)
Kahneman, D. (2011). Thinking fast and slow. Penguin.
Pinker, S. (2002). The Blank slate: The modern denial of human nature. Penguin Classics
Saad, G. (2001). Evolutionary psychology in the Business Sciences. Springer. The Evolution Institute (https://evolution-institute.org/)
Van Vugt, M., & Wildschut, M. (2013). Gezag: De wetenschap van macht, gezag en leiderschap. Bruna.
Witt, U. (2003). The evolving economy: Essays. Elgar.
Te citeren als
Mark van Vugt, “De buitenwacht: Waarom de onzichtbare hand van Darwin beter werkt in de economie”,
Me Judice,
19 december 2016.
Copyright
De titel en eerste zinnen van dit artikel mogen zonder toestemming worden overgenomen met de bronvermelding Me Judice en, indien online, een link naar het artikel. Volledige overname is slechts beperkt toegestaan. Voor meer informatie, zie onze copyright richtlijnen.
Afbeelding
Charles Darwin by J. Cameron [Public domain], via Wikimedia Commons