Optimale herverdeling
Dat zijn de belangrijkste conclusies van onze recente studies naar de optimale progressie van het belastingstelsel in Nederland (Zoutman, Jacobs en Jongen,
2013a,b). In die studies calibreren we de modellen van Mirrlees (1971) – met alleen een keuze hoeveel mensen werken (intensieve arbeidsaanbodmarge) – en die van Jacquet et. al (2014) –
met zowel een intensieve als een participatiekeuze (extensieve arbeidsaanbodmarge) – op de Nederlandse arbeidsmarkt om de optimale niet-lineaire belasting voor Nederland te
bepalen. Mensen kiezen of ze werken en hoeveel ze willen verdienen, door bijvoorbeeld meer uren per week te werken. Het belastingstelsel verstoort zowel de
beslissing om te gaan werken als de prikkel om inkomen te verwerven. De elasticiteiten van het belastbare inkomen en de participatie-elasticiteit zijn
gebaseerd op recente empirische schattingen voor Nederland.
In het belastingstelsel moet een fundamentele afruil worden gemaakt tussen rechtvaardigheid en doelmatigheid. Hoe meer inkomen de overheid herverdeelt van
hoge naar lage inkomensgroepen, hoe zwakker de prikkels worden om te werken en om meer inkomen te verdienen. Het is hierbij belangrijk om onderscheid te maken tussen de gemiddelde en de marginale belastingtarieven. Het gemiddelde belastingtarief is het totaal aan betaalde
belasting als deel van het totale inkomen. Het marginale tarief is de extra belasting die moet worden betaald als een euro meer wordt verdiend. Zowel het
gemiddelde als marginale belastingtarief houden rekening met toeslagen, heffingskortingen en andere inkomensafhankelijke regelingen.
Een belastingstelsel is progressief als de gemiddelde belastingdruk stijgt met het inkomen. De optimale progressie van het belastingstelsel wordt
bepaald door enerzijds de doelmatigheidsverliezen en anderzijds de herverdelingswinsten. Politici – en niet de economen – gaan over de maatschappelijke
waardering van die inkomensherverdeling. Hoe moeten de marginale tarieven in het belastingstelsel verlopen als de overheid bepaalde doelstellingen van herverdeling tegen de laagste
maatschappelijke kosten wil realiseren? We laten zien dat de optimale marginale belastingtarieven een U-vorm hebben, zowel bij ‘linkse’ als bij ’rechtse’
voorkeuren voor herverdeling (zie figuur 1).
Figuur 1: Optimale niet-lineare belastingtarieven voor Nederland
Noot: Optimale niet-lineare belastingtarieven bij Rawlsiaanse (‘linkse’) en Utilitaristische (‘rechtse’) sociale voorkeuren voor herverdeling.
De marginale tarieven beginnen hoog, dalen tot aan ongeveer modaal, en stijgen weer na modaal. Bij ‘linkse’ voorkeuren zijn de marginale tarieven
daarbij hoger dan bij ‘rechtse’ voorkeuren. Het belastingstelsel is nog steeds progressief aangezien de gemiddelde belastingtarieven stijgen met
het inkomen.
Die U-vorm van de marginale belastingtarieven komt door het verloop van de herverdelingswinsten en doelmatigheidsverliezen. De herverdelingswinsten van het
marginale tarief worden bepaald door de belastingopbrengst van het tarief. Als het tarief bij een bepaald inkomensniveau wordt verhoogd, gaan mensen boven
dat inkomensniveau meer belasting betalen. Met die extra belastingopbrengst kan de gemiddelde belastingdruk worden verlaagd voor mensen onder dat
inkomensniveau.
De herverdelingswinst van een hoger marginaal tarief – hoe die politiek ook wordt gewaardeerd – neemt altijd af met inkomen. Er zijn immers minder mensen
die meer belasting gaan betalen als het belastingtarief wordt verhoogd bij een hoger inkomensniveau.Het verloop van de doelmatigheidsverliezen wordt hoofdzakelijk bepaald door de bestaande inkomensverdeling. De verstoring van een hoger marginaal tarief is
groter als die over een bredere grondslag worden geheven. Dus als relatief veel mensen door het tarief worden geraakt of als mensen relatief meer
verdienen.
In een optimaal belastingstelsel beginnen de marginale tarieven daarom hoog en dalen vervolgens tot aan het modale inkomen. Van de onderkant tot modaal neemt het
aantal personen dat getroffen wordt door een hoger marginaal tarief toe, terwijl de herverdelingswinst daalt. Na het modale inkomen stijgen de optimale
marginale tarieven. De herverdelingswinsten nemen nog steeds af, maar de doelmatigheidsverliezen nemen nog sterker af, omdat de grondslag weer kleiner
wordt.
Bestaande belastingstelsel niet optimaal
De marginale tarieven in het huidige belastingstelsel kennen geen U-vorm en zijn daarom niet optimaal, ongeacht de maatschappelijke voorkeuren
voor herverdeling. De marginale tarieven beginnen relatief laag aan de onderkant en lopen vervolgens op met het inkomen. Hierdoor betalen werknemers met
een laag inkomen gemiddeld te veel belasting ten opzichte van de midden- en hoge inkomens. Daardoor wordt ook te veel inkomen herverdeeld van de
werkende armen naar de uitkeringsgerechtigden, waardoor te veel mensen besluiten om geen laagbetaald werk te doen.
De U-vorm van de optimale belastingtarieven betekent dat een vlaktaks onwenselijk is (zie ook Jacobs, 2012). Marginale tarieven kunnen gemiddeld lager zijn
in een niet-lineair stelsel, waardoor minder economische verstoringen optreden om dezelfde herverdeling te realiseren. Of, bij gelijkblijvende
verstoringen kan de overheid meer inkomen herverdelen. Bij ‘rechtse’ sociale voorkeuren voor herverdeling kost een vlaktaks 0,5 procent van het bbp aan welvaart
ten opzichte van het optimale niet-lineaire stelsel. Dit welvaartsverlies loopt op tot maar liefst 9 procent van het bbp bij zeer ‘linkse’ sociale
voorkeuren. De vlaktaks is een steeds knellender keurslijf naarmate de overheid sterkere voorkeuren voor herverdeling heeft.
Hogere toptarieven niet optimaal
Het hoogste marginale belastingtarief van 52% is waarschijnlijk al iets boven het opbrengstmaximaliserende toptarief gezet. Bij een nog hoger toptarief
dalen de belastingopbrengsten en stijgt de economische schade. Dan verliezen zowel rijk als arm (zie voor meer discussie rond het toptarief ook Jacobs,
Jongen en Zoutman, 2013). Indien maatschappelijk gewenst, zouden hogere inkomensgroepen meer belasting kunnen betalen via belastingmaatregelen bij eigen
huis, pensioenen, vermogen of erfenissen.
Middengroepen politieke winnaars in bestaande belastingstelsel
We hebben ook het omgekeerde optimale belastingprobleem bepaald. Stel dat de huidige overheid het belasting- en uitkeringsstelsel optimaal zou kiezen,
welke politieke gewichten geeft de bestaande overheid dan aan de verschillende inkomensgroepen? Het sociale welvaartsgewicht geeft aan met hoeveel de
maatschappelijke welvaart toeneemt als een bepaalde inkomensgroep een euro extra ontvangt. Gemiddeld zijn de gewichten gelijk aan 1 (zie figuur 2).
Figuur 2: Politieke gewichten van inkomensgroepen
Het bestaande belasting- en uitkeringssysteem kan alleen optimaal zijn als de overheid een groter politiek gewicht toekent aan herverdeling naar de
middengroepen dan aan herverdeling naar de werkende armen; de welvaartsgewichten stijgen tot aan ongeveer het modale inkomen. De overheid kent ook geen
politiek gewicht toe aan de topinkomens, want die is negatief. Dat komt omdat de hoogste inkomensgroepen maximaal worden uitgeknepen. Ook vinden we dat de
overheid – bij een identiek bruto inkomen – inkomen wil herverdelen van werkende armen naar uitkeringsgerechtigden; het gewicht van niet-werkenden is veel
hoger dan het gewicht van werkenden met een nul inkomen.
Linkse voorkeuren ondoelmatig
Politieke economie kan verklaren waarom de overheid meer inkomen wil herverdelen naar de middengroepen, ten koste van lagere en hogere inkomensgroepen. Op
basis van belastingvoorstellen in de verkiezingsprogramma’s laten we zien dat vooral linkse partijen de ondoelmatige herverdeling in het bestaande
belastingstelsel erger maken: de marginale belastingdruk in de grote middengroepen wordt nog verder verhoogd en het toptarief wordt verder boven het
opbrengstmaximaliserende tarief gezet. We vinden ook dat de verschillen in de voorkeuren voor herverdeling tussen linkse en rechte partijen maar klein
zijn. Nederlandse partijen concurreren kennelijk zo hevig om de middengroepen dat hun ideologische voorkeur voor herverdeling vrijwel volledig verwatert.
Doelmatige steun werkende armen
Onze belangrijkste beleidsaanbeveling is om de netto inkomens van werkende armen te verhogen ten opzichte van de middengroepen en de
uitkeringsgerechtigden. Bijvoorbeeld door de arbeidskorting en de toeslagen meer te richten op de werkenden met een laag inkomen. Deze beleidsconclusie is
onafhankelijk van politieke voorkeuren voor herverdeling. Maar dit veronderstelt wel dat een extra euro voor een werkende arme meer welvaart oplevert dan een
euro voor de midden- of hogere inkomens. De maatschappelijke welvaart neemt dan toe door meer inkomensherverdeling naar de lagere inkomensgroepen.
*Het onderzoek is onderdeel van het proefschrift van Floris Zoutman waarop hij op 21 februari 2014 cum laude is gepromoveerd aan de Erasmus
Universiteit Rotterdam (Zoutman, 2014). Een kortere versie van dit stuk is eerder verschenen in het Financieele Dagblad van 22 februari 2014.
Referenties
Jacobs, B. (2012). “Vlaktaks is Politiek, geen Economie”, MeJudice, 25 januari.
Jacobs, B., E. Jongen en F. Zoutman (2013). “Over de Top”, CPB Policy Brief No. 2013/04, Den
Haag: CPB.
Jacquet, L., E. Lehmann en B. van der Linden (2014). “
Optimal Redistributive Taxation with Both Extensive and Intensive Responses
”, Journal of Economic Theory, 148 (5), 1770–1805
Mirrlees, J.A. (1971). “
An Exploration in the Theory of Optimum Income Taxation
”, Review of Economic Studies, 38 (2), 175-208.
Zoutman, F. T. (2014). A Symphony of Redistributive Instruments, Tinbergen
Institute/Thela Thesis: Amsterdam.
Zoutman, F. T., Jacobs, B., & Jongen, E. L. (2013a). “ Optimal Redistributive Taxes and Redistributive Preferences in the Netherlands”, werkdocument
Erasmus Universiteit Rotterdam.
Zoutman, F. T., Jacobs, B., & Jongen, E. L. (2013b). “ Revealed Social Preferences of Dutch Political Parties”, werkdocument Erasmus Universiteit
Rotterdam.
Te citeren als
Floris Zoutman, Bas Jacobs, “Werkende armen betalen belasting voor de middengroepen”,
Me Judice,
25 februari 2014.
Copyright
De titel en eerste zinnen van dit artikel mogen zonder toestemming worden overgenomen met de bronvermelding Me Judice en, indien online, een link naar het artikel. Volledige overname is slechts beperkt toegestaan. Voor meer informatie, zie onze copyright richtlijnen.
Afbeelding
Afbeelding ‘Roteb Rotterdam’ van FaceMePLS (CC BY 2.0)