Citaten in de polder
De Polderparade (zie TPEdigitaal voor de uitgebreide versie) laat de veertig hedendaagse Nederlandse en Belgische economen zien die in de afgelopen vijf jaar het meest geciteerd zijn in de zeven
belangrijkste Nederlandse/Vlaamse economische tijdschriften, te weten Economisch Statistische Berichten, De Economist, KVS-Preadviezen, TPEdigitaal, Kwartaalschrift Economie, Tijdschrift voor Openbare Financiën en Me Judice. De top-20 op basis van de jaren 2009-2013 is te vinden in tabel 1 (en zie bijlage voor de top-100).
Tabel 1: Polderparade top-20 op basis van citaten in Nederlandstalige bladen, 2009-2013
1 |
(1) |
A.L. Bovenberg |
UvT |
57,71 |
2 |
(3) |
C.N. Teulings |
Cambridge/UvA |
54,53 |
3 |
(8) |
W.H. Buiter |
Citigroup |
44,00 |
4 |
(5) |
R.A. de Mooij |
IMF |
33,83 |
5 |
(4) |
C. van Ewijk |
UvT/UvA |
32,05 |
6 |
(7) |
B. Jacobs |
EUR |
31,83 |
7 |
(10) |
C.A. de Kam |
RUG |
31,63 |
8 |
(21) |
D.J. van Vuuren |
CPB |
27,21 |
9 |
(36) |
F.A.G. den Butter |
Emeritus (VU) |
26,00 |
10 |
(14) |
J.C. van Ours |
UvT |
24,62 |
11 |
(18) |
R.W. Euwals |
CPB |
23,99 |
12 |
(33) |
P. De Grauwe |
LSE |
22,33 |
13 |
(25) |
E.L.W. Jongen |
CPB |
21,29 |
14 |
(13) |
P.T. de Beer |
UvA |
20,83 |
15 |
(6) |
H.J.M. ter Rele |
CPB |
20,75 |
16 |
(34) |
P.W.C. Koning |
SZW/VU |
19,88 |
17 |
(-) |
R. Dekker |
UvT |
18,67 |
18 |
(23) |
A.W.A. Boot |
UvA |
18,00 |
19 |
(-) |
K.P. Goudswaard |
Leiden |
17,92 |
20 |
(-) |
F.T. Schut |
EUR |
17,79 |
Toelichting: Tussen haakjes staat de plaats in de vorig verschenen editie van de Polderparade (die van 2010) vermeld (zie Maasland en Tjong, 2010). Zie bijlage voor de volledige Top-100
Top-5: waarover hebben zij het?
Met een nipte voorsprong (van net iets meer dan drie citatiepunten) eindigt Lans Bovenberg (hoogleraar Economie aan de Universiteit van Tilburg en
wetenschappelijk directeur van het onderzoeksinstituut Netspar) ook in deze editie op plaats één (zie tabel 1). Citaties haalde Bovenberg niet alleen uit
publicaties over pensioenen en vergrijzing, maar ook over de arbeids- en woningmarkt. Zijn artikelen waarin hij (samen met andere vooraanstaande economen)
een vlaktaks met toptarief voor hoge inkomens (de zogeheten sociale vlaktaks) bepleit (zie Bovenberg en Gradus, 2011, en Gradus et al. 2012) lokten veel
reacties uit. Zo’n vlaktaks zou ingewikkelde fiscale constructies om belasting te voorkomen ontmoedigen, de inzichtelijkheid van het fiscale stelsel
vergroten, veel banen en economische groei creëren en daarenboven rechtvaardig zijn. Met andere woorden: een sociale vlaktaks is goed voor iedereen.
Volgens Bas Jacobs (hoogleraar Economie en Openbare Financiën aan de Erasmus Universiteit Rotterdam) berust de wens voor een sociale vlaktaks echter op
partijpolitieke voorkeuren en niet op wetenschappelijke argumenten. De invoering van een vlaktaks kan volgens Jacobs juist voor grote economische en
sociale schade zorgen (zie Jacobs, 2012). Ook Bovenbergs artikel “Macro-oplossing voor hypotheekberg” (dat hij samen schreef met Arnoud Boot, 2012)
genereerde citatiepunten vanwege repliek. In dit artikel wordt het voorstel gedaan om 300 miljard euro van het pensioenvermogen aan te wenden om hypotheken
van banken over te nemen (om zo de bankbalansen op te schonen). De staat zou in dit voorstel als koper en de pensioenfondsen als intermediair fungeren.
Volgens Sweder van Wijnbergen (UvA) is deze ingewikkelde constructie ofwel overbodig (als de hypotheken tegen marktprijzen worden overgenomen), ofwel een
ongehoord grote subsidie aan de bankensector (als de hypotheken door de banken op nominale waarde ingebracht mogen worden (zie Van Wijnbergen, 2012). Ook
Jean Frijns (VU) en Jelle Mensonides (oud-directeur ABP Vermogensbeheer) staan negatief tegenover het voorstel (zie Frijns en Mensonides, 2012). Het plan
leidt volgens hen tot meer opportunistisch gedrag bij de overheid en tot grote financiële risico’s bij de overheid en bij de pensioenfondsen.
Dit jaar staat Coen Teulings (Cambridge/UvA) op twee, Willem Buiter (Citigroup) op drie, Ruud de Mooij (IMF) op vier en Casper van Ewijk (UvT/UvA) op vijf.
Teulings, tot voor kort CPB-directeur, scoort onder andere met Europa in crisis (Teulings et al. 2011) waarin het CPB op basis van de meest
recente gegevens de belangrijkste kwesties die met de Europese schuldencrisis samenhangen op een rij zet. Buiter, heeft zijn sprong in de top-5 te danken
aan publicaties over de eurozone (zie Buiter en Rahbari, 2011a,b). Buiter beschrijft in deze publicaties een scenario waarlangs de eurozone in stand
gehouden kan worden: een Europa waarin de rekening van falende overheden wordt geregeld tussen de belastingbetalers van de overheid en de crediteuren van
het land in kwestie, zonder enige financiële hulp van andere overheden. Ook verzamelt Buiter punten met een publicatie waarin hij een nieuw paradigma
bepleit om fundamentele vragen over insolvabiliteit en liquiditeitscrises te kunnen beantwoorden (zie Buiter, 2009).
Grote stijgers
Een aantal economen in de Polderparade heeft een aanzienlijke sprong naar boven gemaakt. Ten eerste is dit arbeidseconoom Ronald Dekker (UvT), die vanuit
een plaats buiten de top-40 opgeklommen is naar plaats 17. Deze stijging heeft Dekker voornamelijk te danken aan zijn artikelen over de flexibilisering van
de arbeidsmarkt. Andere grote stijgers zijn Frank den Butter (27 plaatsen omhoog), Paul De Grauwe (21 plaatsen omhoog), Pierre Koning (18 plaatsen omhoog),
Daniel van Vuuren (13 plaatsen omhoog) en Egbert Jongen (12 plaatsen omhoog). Paul De Grauwe (LSE), de enige Belg in de Polderparade, scoort met
publicaties over de bankencrisis en de toekomst van de eurozone. Hij pleit voor een actievere rol van de ECB om de eurocrisis op te lossen.
Instellingentop
De top-5 van instellingen op basis van de jaren 2009-2013 is te vinden in tabel 2a. Van alle auteurs in de Top-100 is 16% werkzaam bij het CPB, 15,5% bij
de UvA, 13,3% bij de UvT, 11% bij de EUR en 9,5% bij de VU. Nemen we echter in plaats van het aantal auteurs het aantal citaties als criterium, dan
wisselen het CPB en de UvT van positie (zie tabel 2b). Aan de UvT worden dus per top-100 econoom relatief veel citaties vergaard.
Tabel 2a: Instellingentop op basis van aantal auteurs (aandeel auteurs in top-100)
1 |
CPB |
16,0% |
2 |
UvA |
15,5% |
3 |
UvT |
13,3% |
4 |
EUR |
11,0% |
5 |
VU |
9,5% |
Tabel 2b: Instellingentop op basis van aantal citaties
1 |
UvT |
224,17 |
2 |
UvA |
214,48 |
3 |
CPB |
201,12 |
4 |
EUR |
136,97 |
5 |
VU |
110,62 |
Uit deze instellingentop kan geconcludeerd worden dat het CPB nog steeds een prominente plaats inneemt in de Nederlandse beleidsdiscussie, echter de
dominantie zoals uit de vorig verschenen Polderparade naar voren kwam is verdwenen. Op basis van het totaal aantal citaties is het CPB zelfs
voorbijgestreefd door de UvT en de UvA. Dit heeft onder meer te maken met het vertrek van CPB-directeur Coen Teulings en CPB-onderdirecteur Casper van
Ewijk naar respectievelijk de University of Cambridge en UvT/Netspar.
Dit artikel is een verkorte versie van een bijdrage die is verschenen in TPEdigitaal, 2014, jaargang 8(4), pagina 48-58.
Referenties
Boot, A.W.A. en A.L. Bovenberg, 2012, Macro-oplossing voor hypotheekberg, ESB, vol. 97(4636): 326-29.
Bovenberg, A.L. en R.H.J.M. Gradus, 2011, Sociale vlaktaks als sluitstuk boxensystematiek, ESB, vol. 96(4608): 230-33.
Buiter, W.H., 2009, Moderne macro-economen moeten eens goed in de spiegel kijken, Me Judice, 30 maart 2009.
Buiter, W.H. en E. Rahbari, 2011a, The future of the euro area: fiscal union, break-up or blundering towards a 'You break it, you own it Europe', Citi
Economics, London.
Buiter, W.H. en E. Rahbari, 2011b, Wie faalt betaalt: een derde weg voor de Eurozone, Me Judice, 22 september 2011.
Frijns, J.M.G. en J. Mensonides, 2012, Met hypothekenplan Boot en Bovenberg ligt zombie-economie in verschiet, Me Judice, 14 juni 2012.
Gradus, R.H.J.M., R.M.W.J. Beetsma, A.L. Bovenberg, C.L.J. Caminada, E. Dijkgraaf en S.C.W. Eijffinger, 2012, Sociale vlaktaks is goed voor iedereen, Volkskrant, 24 januari 2012.
Jacobs, B., 2012, Vlaktaks is politiek, geen economie, Me Judice, 25 januari 2012.
Maasland, E. en S. Tjong, 2010, Polderparade 2010, TPEdigitaal, vol. 4(4): 106-16.
Teulings, C.N., M.J. Bijlsma, G.M.M. Gelauff, A.M. Lejour en M.A. Roscam Abbing, 2011, Europa in crisis: Het Centraal Planbureau over schulden en de toekomst van de eurozone, Amsterdam: Uitgeverij Balans.
Wijnbergen, S.J.G. van, 2012, Reactie op: Macro-oplossing voor hypotheekberg, ESB, vol. 97(4636): 330-31.
Bijlage: Top-100 economen, 2009-2013
1 |
A.L. Bovenberg |
UvT |
57,71 |
2 |
C.N. Teulings |
Cambridge/UvA |
54,53 |
3 |
W.H. Buiter |
Citigroup |
44,00 |
4 |
R.A. de Mooij |
IMF |
33,83 |
5 |
C. van Ewijk |
UvT/UvA |
32,05 |
6 |
B. Jacobs |
EUR |
31,83 |
7 |
C.A. de Kam |
RUG |
31,63 |
8 |
D.J. van Vuuren |
CPB |
27,21 |
9 |
F.A.G. den Butter |
Emeritus (VU) |
26,00 |
10 |
J.C. van Ours |
UvT |
24,62 |
11 |
R.W. Euwals |
CPB |
23,99 |
12 |
P. De Grauwe |
LSE |
22,33 |
13 |
E.L.W. Jongen |
CPB |
21,29 |
14 |
P.T. de Beer |
UvA |
20,83 |
15 |
H.J.M. ter Rele |
CPB |
20,75 |
16 |
P.W.C. Koning |
SZW/VU |
19,88 |
17 |
R. Dekker |
UvT |
18,67 |
18 |
A.W.A. Boot |
UvA |
18,00 |
19 |
K.P. Goudswaard |
Leiden |
17,92 |
20 |
F.T. Schut |
EUR |
17,79 |
21 |
C.C. Koopmans |
SEO/VU |
17,67 |
22 |
E.H.M. Ponds |
UvT/APG |
16,83 |
23 |
H.P. van Dalen |
NIDI/UvT |
16,20 |
24 |
E.E.C. van Damme |
UvT |
16,03 |
25 |
W.B.C. Suyker |
CPB |
15,50 |
26 |
J.A. Bikker |
DNB/UU |
15,42 |
27 |
A. Heertje |
Emeritus (UvA) |
15,00 |
28 |
R.H.J.M. Gradus |
WI-CDA/VU |
14,33 |
29 |
B. van der Klaauw |
VU |
14,17 |
30 |
B.E. Baarsma |
SEO/UvA |
14,00 |
31 |
M.A. Allers |
RUG |
13,92 |
32 |
W.P.M.M. van de Ven |
EUR |
13,67 |
33 |
R.M.W.J. Beetsma |
UvA |
13,17 |
34 |
A.C.J.M. Wilthagen |
UvT |
13,16 |
35 |
C.L.J. Caminada |
Leiden |
13,00 |
36 |
H.A.A. Verbon |
UvT |
12,75 |
37 |
G.J. van den Berg |
Mannheim |
12,67 |
38 |
W.N.J. Groot |
UM |
12,58 |
39 |
T.E. Nijman |
UvT |
12,17 |
H.D. Webbink |
EUR |
12,17 |
41 |
A. de Grip |
UM |
11,42 |
|
S.J.G. van Wijnbergen |
UvA |
11,42 |
43 |
J.B.S. Conijn |
UvA |
11,25 |
44 |
C. Buijink |
NVB |
11,00 |
45 |
J.P.M. Bonenkamp |
CPB |
10,73 |
46 |
M.J. Bijlsma |
CPB |
10,70 |
47 |
R.C.J.A. van Vliet |
EUR |
10,33 |
48 |
J.M. Pomp |
zelfstandig adviseur |
10,29 |
49 |
M.C.J. van Rooij |
DNB |
10,17 |
50 |
W.B.F. Brouwer |
EUR |
10,12 |
51 |
H.M. Prast |
UvT |
10,00 |
A.H. Kleinknecht |
TU Delft |
10,00 |
53 |
L.M. Kok |
SEO |
9,98 |
54 |
F. van Es |
CPB |
9,83 |
55 |
E.W.M.T. Westerhout |
UvA/CPB |
9,58 |
56 |
B.M.S. van Praag |
Emeritus (UvA) |
9,50 |
57 |
F.F.H. Rutten |
EUR |
9,32 |
58 |
F.J.H. Don |
ACM |
9,13 |
59 |
J.C.J.M. van den Bergh |
UAB/VU |
9,00 |
L. Borghans |
UM |
9,00 |
A.O.J. Heyma |
SEO |
9,00 |
62 |
J.F.M. de Jong |
DNB |
8,92 |
63 |
A.M. Lejour |
CPB |
8,78 |
64 |
J. van Sinderen |
ACM/EUR |
8,70 |
65 |
J.H. Garretsen |
RUG |
8,67 |
66 |
A. Jolink |
EUR |
8,50 |
67 |
M. de Graaf-Zijl |
CPB |
8,01 |
68 |
W.W. Boonstra |
Rabobank/VU |
8,00 |
69 |
M. Varkevisser |
EUR |
7,97 |
70 |
H. Maassen van den Brink |
UvA/UM |
7,92 |
J.M.G. Frijns |
VU |
7,92 |
72 |
M.F.M. Canoy |
UvT/ECORYS |
7,73 |
73 |
A. van der Horst |
CPB |
7,67 |
74 |
J.H.M. Donders |
BoFEB |
7,63 |
75 |
J. Hartog |
Emeritus (UvA) |
7,62 |
76 |
D.J. Bezemer |
RUG |
7,50 |
H.L.F. de Groot |
VU |
7,50 |
A. Klamer |
EUR |
7,50 |
79 |
H.C. Kranendonk |
CPB |
7,48 |
80 |
D.A.G. Draper |
CPB |
7,47 |
81 |
A. Kapteyn |
RAND |
7,33 |
G.A. Marlet |
UU |
7,33 |
83 |
J.H.M. Nelissen |
UvT |
7,25 |
P.M.A. Eichholtz |
UM |
7,25 |
85 |
B.J. ter Weel |
CPB/UM |
7,12 |
86 |
R.J.M. Alessie |
RUG |
7,00 |
P.A. Gautier |
VU |
7,00 |
J. Visser |
UvA |
7,00 |
89 |
S.C.W. Eijffinger |
UvT |
6,93 |
90 |
Th.P. Kocken |
VU |
6,92 |
91 |
P.B. Boorsma |
Emeritus (UTwente) |
6,83 |
S. Cnossen |
Emeritus (EUR/UM) |
6,83 |
A.H.O. van Soest |
UvT |
6,83 |
J.P. Verbruggen |
DNB |
6,83 |
H. Oosterbeek |
UvA |
6,83 |
96 |
P.J. Besseling |
CPB |
6,78 |
97 |
C.E. Kortleve |
PGGM |
6,75 |
98 |
E.J. Bartelsman |
VU |
6,67 |
99 |
G. Romijn |
CPB |
6,58 |
A. van Witteloostuijn |
Antwerpen/UU/UvT/Durham |
6,58 |