Verkeerde inrichting
Eindelijk ligt er dan een macro-economische analyse van de Nederlandse economie waar de beleidsmakers iets mee moeten kunnen. Het SER-rapport “de Nederlandse economie in stabieler vaarwater” heeft een vriendelijk titel maar is een verklaring van urgentie die er niet om liegt. Nederland is een ijzersterk land maar we doen een aantal dingen helemaal verkeerd. En dan hebben we het over de negatieve wisselwerking tussen woningmarkt, bankensector en pensioensector. Op deze drie dossiers hebben we het land verkeerd ingericht, en de consequentie is dat we qua economische groei aan de verkeerde kant zitten van de Eurozone.
Dit roept drie vragen op: wat is er precies mis? Waarom zijn we (toch) sterk? En wat doen we er aan? De SER geeft een duidelijk antwoord op de eerste vraag. We zijn een veel te springerige economie – te volatiel. In goede tijden hard omhoog, in slechte tijden hard omlaag. En nu zitten we in een dip. In het kort: veel te hoge hypotheken hebben de woningmarkt opgeblazen. Dit ondermijnt het consumentenvertrouwen. De banken hebben last van de hypotheekberg, en hebben relatief weinig spaarmiddelen – die zitten bij pensioenfondsen – en te weinig eigen vermogen waardoor ze niet meer goed kunnen functioneren. En dit ondermijnt de woningmarkt en economie verder. En van het enorme pensioenvermogen worden we ook maar onzeker – schommelingen daarin ondermijnen het consumenten vertrouwen nog eens extra.
Hoge pieken, diepe dalen
Onze afhankelijkheid van de wereldeconomie maakt ons hoe dan ook gevoelig voor schokken van buiten. We kunnen ons niet terugtrekken achter onze dijken – wij hebben te maken met de volatiliteit om ons heen. Wat er echter is gebeurd de afgelopen 20 jaar is dat we een eigen gekweekte volatiliteit hier bovenop hebben gelegd. Opgeblazen banken, opgeblazen huizenmarkt en opgeblazen pensioenfondsen hebben Nederland kwetsbaar gemaakt. De private huizenmarkt valt meest in het oog. Iedereen voelde zich rijk in goede tijden – ja, zolang de huizenprijzen omhoog gingen. Mede door de hypotheekrente aftrek was je een dief van je eigen portemonnee als je ook geen hoge hypotheek nam, liefst nog een hypotheek zonder af te hoeven lossen. Nu in de dip voelt het als loden last voor gezinnen en banken.
En zo kan een rijk land zich arm voelen. We dreigen ons de put in te praten. Vandaar de vraag, waarom zijn we (toch) sterk? Nederland is een heel geloofwaardig en sterk land. We zijn een van de grootste internationale investeerders in de wereld, we exporteren als geen ander, en op de wereld concurrentieranglijst staan we ergens rond plaats vijf. De sterkte van Nederland heeft te maken met opleidingsnivo‘s, arbeidsproductiviteit, maar ook flexibiliteit en geloofwaardigheid. Als je in het buitenland vraagt naar de betrouwbaarheid van ons land, dan staan we ook daar aan de top. We hebben – wat economen noemen – geloofwaardige instituties. Het recept is dan ook duidelijk – een geloofwaardig land past geen paniek, hoeft niet te sturen op dagkoersen maar heeft de ruimte te werken aan structureel herstel.
Kansen in handel
Nederland is een handelsland dat moet profiteren van economische activiteit waar ook in de wereld. En dit is een periode van grote verschuivingen in de wereldeconomie. De opkomst van China, andere emerging landen zoals Brazilie, en mogelijk zelfs Afrika. Hoezeer dit bedreigend mag lijken, voor een flexibel en optimaal gepositioneerd land biedt dit juist kansen. In essentie is het kerninzicht van de macro-economie dat de wereld geen zero-sum-game is – iedereen kan winnen als andere landen zich ontwikkelen. Het zijn nieuwe afzetmarkten en dat biedt kansen.
De afhankelijkheid voor de wereldeconomie zorgt op zich zelf voor volatiliteit. Hier bovenop moeten we niet nog eens een extra volatiliteit leggen. Het gekke is dat we zelfs instituties hadden die in principe voor minder volatiliteit hadden kunnen zorgen, maar juist het tegenovergestelde hebben gedaan. De woningcorporaties bijvoorbeeld hadden een dempende werking kunnen hebben, maar wat hebben ze gedaan? Misschien nog erger dan de private bouwsector hebben ze juist in goede tijden zich over de kop geinvesteerd.
Oplossingen
Nu dus naar oplossingen toewerken. De SER tracht manieren te vinden om de bestaande hypotheekberg buiten de banken om gefinancierd te krijgen. Hypotheken overnemen – of gedeeltelijk laten financieren door pensioenfondsen – helpt banken wel iets, maar hoe zorg je dat banken ook meer eigen vermogen krijgen? Het MKB heeft ook financiering nodig, dus moet je als overheid nog ruimere garanties geven? Ik denk dat er geen alternatief is.
Ook hier past een rol voor pensioenfondsen. De fondsen zullen terecht zeggen dat ze niet gedwongen kunnen worden om anders (lees: meer in Nederland) te beleggen. Maar dat is iets te kort door de bocht. Ongeveer 300 miljard van het pensioenvermogen is uitgestelde belastingheffing. De overheid is zo vriendelijk geweest ons niet te belasten op ingelegde pensioenpremies maar dit pas te doen als er wordt uitgekeerd. Je kunt dus zeggen dat pensioenfondsen overheidsgeld aan het beleggen zijn. Wie van Mars naar Nederland kijkt moet het bevreemden dat de Nederlandse overheid een staatschuld heeft van 450 miljard, en tegelijkertijd 300 miljard belegd. Een grotere rol voor pensioenfondsen als alternatieve financieringsbron voor de BV Nederland lijkt hoe dan ook onontkoombaar.
Belangrijk voor de lange termijn is dat we woningmarkt, bankwezen en pensioensector beter in de hand houden en geen eigen gekweekte volatiliteit laten ontstaan. Dus lagere hypotheken, meer eigen vermogen in banken en geen blind vertrouwen in grote pensioenpotten.
Dit artikel is tevens verschenen in NRC Handelsblad van 10 april j.l.
Te citeren als
Arnoud Boot, “Hoe een sterke economie zwak kan zijn”,
Me Judice,
11 april 2013.
Copyright
De titel en eerste zinnen van dit artikel mogen zonder toestemming worden overgenomen met de bronvermelding Me Judice en, indien online, een link naar het artikel. Volledige overname is slechts beperkt toegestaan. Voor meer informatie, zie onze copyright richtlijnen.
Afbeelding
Afbeelding ‘
Containers’ van s_volenszki (
CC BY-NC 2.0)