Tweesprong
De cruciale vraag voor het kabinet Rutte is of het begrotingspact op communautaire of intergouvernementele wijze vastgelegd gaat worden. Met andere woorden, worden de Europese instellingen voor de uitvoering van het begrotingspact gebruikt of gaat men nieuwe instellingen hiervoor gebruiken. Het Britse veto van 9 december vorig jaar dreigt niet alleen te leiden tot duplicering van de Europese instellingen, maar ook tot onbestuurbaarheid van de Europese Unie.
Twintig jaar na het Verdrag van Maastricht heeft de Britse premier Cameron een verdere integratie van de Europese Unie op het gebied van begrotingsbeleid geblokkeerd met zijn veto dat vooral was ingegeven door binnenlandse spanningen en zelfoverschatting. Het Britse veto belemmert niet alleen de versterking van het economisch bestuur (‘economic governance’) in Europa, maar dwingt de overige EU landen tot een intergouvernementele oplossing die zowel de efficiëntie, als de democratische legitimatie ondergraaft. Enerzijds is de Europese Commissie buiten spel gezet, anderzijds staat het Europese Parlement langs de zijlijn. Daarom is het verbazingwekkend dat de Britse regering niet direct een ‘opt-out’ is aangeboden, net als bij het Verdrag van Maastricht. Daarvoor had het Verenigd Koninkrijk ongetwijfeld een forse prijs gevraagd.
Naar ons oordeel is er geen alternatief voor de communautaire route, omdat een duplicering van de Europese instellingen (Europese Commissie, Europese Parlement en Europese Hof van Justitie) niet alleen een kostbare zaak zou zijn, maar ook de Europese Unie op lange termijn onbestuurbaar zou maken. De vergelijking van het Franse wegennet dringt zich op. Naast de autoroutes, waarvoor tol betaald moet worden, lopen in Frankrijk parallel de tolvrije routes nationales. Nu is Frankrijk een ruim land, maar een dergelijk wegennet is kostbaar om te onderhouden. Europa kan zich echter geen duplicering veroorloven, zeker met het oog op de verdere verdieping van de Europese integratie als antwoord op de schuldencrisis.
Overdracht soevereiniteit
De Europese schuldencrisis zal niet alleen resulteren in een diepere integratie op het gebied van het begrotingsbeleid in correctieve en preventieve zin, maar tevens tot een significante overdracht van nationale soevereiniteit leiden. Het Europese semester , dat als onderdeel van de preventieve arm van het Stabiliteits- en Groeipact (SGP) ingevoerd is, impliceert dat de voorlopige begrotingen vooraf voorgelegd moeten worden aan de Europese Commissie, die deze weer terug kan sturen naar de nationale ministers van Financien indien deze niet op realistische vooronderstellingen gebaseerd zijn. Bovendien kan de Commissie van de ministers structurele hervormingen eisen om het structurele begrotingstekort terug te brengen. De Europese randvoorwaarden voor het nationale begrotingsbeleid worden stringenter.
…op vele terreinen
De verdieping van de Europese integratie zal niet tot het begrotingsbeleid beperkt blijven, maar gevolgen hebben op andere terreinen van het economisch beleid, zoals het belastingbeleid, het arbeidsmarktbeleid en het beleid op het gebed van sociale zekerheid. Door de toegenomen belastingarbitrage zijn de marges voor de kapitaalinkomstenbelasting, vennootschapsbelasting en zelfs voor de inkomstenbelasting nauwer geworden. Door de grotere arbeidsmobiliteit binnen de Europese Unie - die tijdens de crisis nog verder toegenomen is – worden niet alleen de onevenwichtigheden tussen de overschot- en tekortlanden geredresseerd, maar zullen arbeidsvoorwaarden, pensioenen en sociale zekerheidsregelingen convergeren.
Hoewel de overdracht van nationale soevereiniteit blijkbaar heel gevoelig ligt voor de nationale politici, kan men zich afvragen in hoeverre deze soevereiniteit niet al door de globalisering ondergraven is en verder zal eroderen. De vraag is niet of de nationale soevereiniteit behouden kan worden, maar in hoeverre men door het opgeven van nationale autonomie juist de soevereiniteit op Europees niveau kan behouden en versterken.
De Europese regeringsleiders ontberen strategie en visie op de wijze waarop ons continent zich economisch, financieel en geopolitiek moet positioneren in een wereld die steeds meer regionaliseert. Door de tendens naar regionalisering wordt het behoud en de versterking van de Europese soevereiniteit veel belangrijker dan het krampachtig vasthouden aan nationale soevereiniteit die steeds meer illusoir is. Om de Europese soevereiniteit te versterken kunnen wij niet vertrouwen op route nationales (intergouvernementele instituties), maar hebben wij autoroutes (communautaire instellingen) hard nodig.
Bron foto: Minister president, Flickr
Te citeren als
Sylvester Eijffinger, Edin Mujagic, “Overdracht van nationale soevereiniteit naar Europa is onontkoombaar”,
Me Judice,
10 maart 2012.
Copyright
De titel en eerste zinnen van dit artikel mogen zonder toestemming worden overgenomen met de bronvermelding Me Judice en, indien online, een link naar het artikel. Volledige overname is slechts beperkt toegestaan. Voor meer informatie, zie onze copyright richtlijnen.
Afbeelding