Politiek gegijzeld
Als de crisis iets heeft gedemonstreerd dan is het dat bankiers politici in hun zak hebben. De eurocrisis waar we nu midden in zitten is de schuld van bankiers die politici zo gek hebben gekregen om zich garant te stellen voor private bankschulden waardoor bancaire gekkigheid een publieke verantwoordelijkheid is geworden. Laat er geen misverstand over bestaan: wij redden niet Griekenland, Ierland of straks Portugal en Spanje, maar Société Générale, ING, KBC en Deutsche Bank. Niet alleen zijn banken de grootste financiers van politieke partijen – in de VS en Ierland – en zijn ze de voornaamste leveranciers van data en kennis over zichzelf aan toezichthouders en centrale banken, ook zijn ze vaak medeauteurs van wetgeving die is bedoeld om hun handelingsvrijheid in te perken. Onderzoek leert dat de consultatieronde rond Bazel III vrijwel uitsluitend is benut door banken en hun lobbyorganisaties. En ook in Nederland blijkt cruciale financiële liberaliseringswetgeving vaak ingefluisterd door de Nederlandse Vereniging van Bankiers.
Die gijzeling heeft alles te maken met de fictie dat banken cruciaal zijn voor het laten stromen van het levenselixer van het kapitalisme, namelijk geld. Bankiers presenteren zichzelf liefst als onmisbare schakels tussen spaarders en investeerders, zonder wie het economische verkeer volledig zou stilvallen (en met wie – o ironie - het financiële stelsel nu al een paar keer daadwerkelijk bijna is stilgevallen). Dat mag ooit zo geweest zijn, maar is sinds pakweg 15 jaar niet meer het geval. Banken lenen maar mondjesmaat uit aan niet-financiële bedrijven en bedienen in plaats daarvan vooral elkaar.
Banken zijn er voor… banken
Dat geldt voor Britse en Amerikaanse banken maar ook voor Nederlandse. Van de 2200 miljard euro die Nederlandse banken bezitten (bijna vier keer het bruto nationaal product!) zijn 700 miljard kortlopende tegoeden op de interbancaire geldmarkt, heeft 380 miljard de vorm van staats- en bedrijfsobligaties en bestaat pakweg de helft uit leningen. Daarvan gaat echter maar een derde naar bedrijven. Het merendeel zijn hypothecaire leningen en vooral securitisaties: verpakte hypotheken die worden doorverkocht aan andere banken of als onderpand dienen voor leningen op de interbancaire markt. In Nederland bedragen die 350 miljard euro, ruim de helft van het bruto nationaal product.
De consument wordt er ondertussen geen spat wijzer van. Europese burgers klagen al jaren steen en been over de abominabele kwaliteit van de pensioenproducten die banken verkopen. Ook is het beleggingsadvies onder de maat en zijn er klachten over de ondoorzichtig kosten op beleggingsproducten. Tenslotte is er in Nederland veel te doen over het hypotheekbedrijf: slecht advies, hoge provisies, veel ondoorzichtige kosten en hogere kosten dan in ons omringende landen. De NMA is er recentelijk terecht een onderzoek naar begonnen.
Wat doen ze wel? De beste vergelijking is die van drie antiquairs op een onbewoond eilandje die elkaar steeds opnieuw hetzelfde Biedermeier nachttafeltje verkopen en er goed van leven. Banken hebben afgezet tegen eigen vermogen in twintig jaar tijd hun activa excessief opgeblazen door activa buiten de balans te plaatsen en de gesecuritiseerde restproducten te gebruiken als onderpand voor nieuwe leningen op de interbancaire markt. Waren in de jaren vijftig hefbomen van vijf maal het eigen vermogen normaal, vlak voor de crisis hadden sommige banken hefbomen van boven de vijftig! Dat betekent dat op iedere euro eigen vermogen 50 euro aan activa was uitgezet. Het resultaat was dat de winst per aandeel - en daarmee de bonussen voor management en tophandelaren - de pan uitrees. Niet door slimmer bankieren, betere risicobeheersing of financiële innovatie - de winsten per activa zweven al decennia rond de een procent. Nee, simpelweg door met goedkoop kapitaal magere rendementen op te pompen tot winsten waar oliemaatschappijen, pillendraaiers, autofabrikanten, ecologische pioniers en Afrikaanse wegenbouwers niet aan kunnen tippen. Als je kleine marges tussen lage kapitaalkosten en matige rendementen per euro met geleend geld tot een factor 40 of 50 vermenigvuldigt, zoals Goldman Sachs en Deutsche Bank voor de crisis deden, krijg je vanzelf imponerende winstcijfers van 20 tot 25 procent. En het mooie was dat meer dan de helft ervan in de eigen zakken verdwijnt. Want bankieren op anabole steroïden komt vooral de bank ten goede. Niet de consument of het algemeen belang. De fraaie belastingcijfers, waarmee de Boele Staals van deze wereld zo graag schermen, vallen in het niet bij de miljarden die wij na 2008 in de banken moesten pompen.
Het systeem is rot
De bancaire sector is door en door verrot. Banken doen niet wat ze moeten doen – bemiddelen tussen spaarders en investeerders – en doen wel wat ze moeten laten: elkaar opgeblazen onzin verkopen waar niemand wat aan heeft. Dat was voor de crisis zo en dat is nog steeds zo. Hoezeer banken ons ook chanteren met het dreigement dat hogere kapitaaleisen zullen leiden tot het opdrogen van de kapitaalstroom naar het MKB en daarmee tot lagere economische groei. Bazel III is een lachertje en raakt niet de kern van het probleem, namelijk dat de reserves die banken opzij moeten zetten afhangen van het risico op hun activa, dat de banken – hoe verzin je het? - vervolgens zelf mogen bepalen. Zolang dat zo is houden zij een prikkel om gestructureerde onzinproducten te maken die hoge kredietwaardigheid paren aan hoge rendementen. Niet doordat die producten nou zo goed zijn, maar doordat er allerlei hefbomen zijn ingebouwd die smalle marges tot exorbitante proporties opblazen waar sociaal nuttige investeringen – MKB, infrastructuur, alternatieve energie – nimmer aan kunnen tippen. Wij hebben dus meer te winnen dan te verliezen bij strengere kapitaaldekkingseisen. Die moeten dan wel (veel) verder gaan dan Bazel III.
Te citeren als
Ewald Engelen, “Bazel III is een lachertje en bankiers lachen het hardst”,
Me Judice,
14 december 2010.
Copyright
De titel en eerste zinnen van dit artikel mogen zonder toestemming worden overgenomen met de bronvermelding Me Judice en, indien online, een link naar het artikel. Volledige overname is slechts beperkt toegestaan. Voor meer informatie, zie onze copyright richtlijnen.
Afbeelding
Afbeelding ‘
Basel III von aussen’ van Patrik Tschudin (
CC BY 2.0)